Klonen omdat het (mam)moet
In 2000 stierf de laatste Pyreneeënsteenbok (Capra pyrenaica pyrenaica). In 2003 werd een eerste poging ondernomen het dier te klonen uit huidcellen, ingevroren in 1999. Deze poging mislukte. Zes jaar later, in 2009, werd een tweede poging ondernomen en voor het eerst in de geschiedenis stond een uitgestorven diersoort op uit de dood. Helaas was het Ibex-kalfje geen lang leven beschoren en stierf het kort na de geboorte aan de gevolgen van een longaandoening.
Gisteravond op de BBC Woolly Mammoth: Secrets from the Ice gekeken. De koningen van de tv-documentaires leverden wederom een uurtje schitterende tv waarin het op handen zijnde klonen van een mammoet werd toegelicht.
Dan rijst natuurlijk bij sommigen de vraag: “Moeten we dat wel willen?”. Mijn antwoord zou zijn: zo lang we dierentuinen exploiteren, intensieve veeteelt niet aanpakken, huisdieren houden voor ons eigen plezier en de leefgebieden van in het wild levende fauna slopen, zeg ik: DOEN! JA! GO! Zo’n mammoetkloon zal geen slechter leven hebben, mits gezond, dan een Indische olifant in Artis. Sterker nog, deze zal met buitengewone voorzichtigheid en zorg worden behandeld. We zullen er hoogstwaarschijnlijk veel van opsteken.
Stap 1 richting The Real Jurassic Park is gezet! Spannond!